Het zit er weer op, mijn 22e Vierdaagse (als ik de tel tenminste niet ben kwijt geraakt. Vijf keer gelopen, en nu dus 17 keer als verzorger. Na al die jaren natuurlijk een soort gewoonte geworden. Want het is elk jaar weer een week van herkenning: op dinsdag vraagt iedereen al naar de gehaktballen, paar honderd liter soep, woensdag kouwe handen en voeten in het bos bij Alverna (half vier ‘s ochtends aan de koffie), donderdag 440 gehaktballen maken, vrijdag de St Annastraat en zaterdag weer opruimen.

Als je het zo schrijft is het lekker snel voorbij. En in de praktijk is dat ook zo. Voor je het weet is het weer zaterdag. En lekker dat dat voelt! Hoe valt de afgelopen week te beschrijven? Moeilijk te zeggen. Bijzonder was dat Wim er bij kon zijn, gezellig, ook ‘s avonds in de kroeg. Heerlijk gegeten en geslapen in ons nieuwe kosthuis bij Ria (lekker, bijna elke avond ijs). Maar het was wel erg koud, zelden als verzorger zo’n kouwe vierdaagse meegemaakt. Wel lekker om te wandelen, want vrijwel droog, maar koud. Marjon de Hond heeft ook in deze week niet voor zon kunnen zorgen.

Het loggen is verder niets van terecht gekomen. En ook de berichten aan het prikbord zijn nauwelijks gelukt. Het is gewoon te druk en ik ben ‘s avonds te moe om het nog te doen. Vanaf nu dus ook helemaal nooit meer berichten plaatsen op wagen C. Er is een mooie en erg populaire uitvinding voor in de plaats gekomen: de mobiele telefoon 🙂

Volgend jaar weer? Ik weet het nog niet. Zoals elk jaar ben ik het na afloop ook wel weer zat. Geruzie over illegale verzorgingskaarten, wandelaars die speciaal nog even alle muntjes op willen maken, alweer die keukenspullen opruimen. Misschien volgend jaar maar eens informeren naar een rolletje in de organisatie. De KNBLO maar eens bellen. Of toch weer gewoon voor de 18e keer?

Pin It on Pinterest